21 juni 2011

methoden

Onderzoeksvragen
Hoofdvraag:
Hoeveel Nederlandse eerstelijns verloskundige praktijken zijn anno 2010 bereid een bevalling in water te begeleiden wanneer de cliënt de wens daarvoor uitspreekt?

Deelvragen:
*        Wat is de motivatie van verloskundigen om bevallingen in water te begeleiden?
*        Wat zijn voor verloskundigen in de eerste lijn de belemmerende en bevorderende factoren in het begeleiden van waterbevallingen?


Methoden
Er is gekozen om het onderzoek te splitsen in een inventariserend kwantitatief en kwalitatief onderzoek met elk hun eigen methode van dataverzameling, namelijk het telefonisch interviewen van verloskundigen en het in persoon interviewen van een steekproef hieruit, ondersteund door observatie van non-verbale signalen. Voor een kort telefonisch interview is gekozen omdat daarmee naar verwachting de responsiegraad van het inventariserend deel van het onderzoek zo hoog mogelijk is.
Naar aanleiding van de voor dit onderzoek geraadpleegde evidence werd een topiclijst opgesteld om te raadplegen tijdens beide delen van het onderzoek. De vijf vragen voor het korte telefonische onderzoek vloeien voort uit deze lijst.
De evidence maakt geen duidelijk onderscheid in het begeleiden van de geboorte van het kind en/of de actieve ontsluitingsfase in water. Voor ons onderzoek hebben wij gemeend beide vormen in kaart te moeten brengen.
De interviewers zijn getraind in interviewtechnieken en hebben de vragen voorafgaand op een derde persoon getoetst.

Tabel 1: Vragen telefonisch interview

*        Begeleid uw praktijk bevallingen in water?
*        Begeleid uw praktijk cliënten in water tijdens de ontsluitingsfase?
*        Begeleid uw praktijk cliënten in water tijdens de geboorte van het kind?
*        Mag deze informatie worden opgenomen in een onderzoek naar praktijken die waterbevallingen begeleiden dat mogelijk gepubliceerd wordt?
*        Bent u bereid mee te werken aan vervolgonderzoek in de vorm van een kwalitatief onderzoek naar beweegredenen?

  
Vertrouwelijkheid
In het gehele onderzoek werd niet gevraagd naar cliëntgegevens maar alleen naar beleid van de praktijk. Hierdoor is er op geen moment sprake geweest van schendig van privacy van cliënten. Praktijken gaven zelf toestemming tot het publiceren van adresgegevens en het door hen gevoerde beleid met betrekking tot de waterbevalling.


Methode kwantitatief onderzoek
Inventarisatie van de populatie
De onderzoekspopulatie bestaat uit alle 505 eerstelijns verloskundigenpraktijken in Nederland. De verloskundigen uit deze praktijken zijn gevestigd in Nederland en geregistreerd in het kwaliteitsregister van de Koninklijke Nederlandse Organisatie van Verloskundigen (KNOV) ten tijde van de aanvang van het onderzoek (Juni 2010). Deze praktijken zijn allen telefonisch benaderd met het verzoek tot medewerking aan dit onderzoek. Echopraktijken en praktijken bestaande uit klinisch verloskundigen werden niet geïncludeerd.


Dataverzameling en analyse
Nadat de benaderde verloskundige aangaf te willen meewerken aan een kort telefonisch interview werden de vijf vragen van het telefonisch interview (zie tabel 1) in minder dan twee minuten gesteld. De antwoorden op deze vragen werden vastgelegd in Excel. Om de respons zo groot mogelijk te maken hebben wij actief teruggebeld, de verloskundigen ons terug laten bellen en hen schriftelijk benaderd indien zij dit prefereerden. Waarneer na vier pogingen nog geen contact of antwoord werd verkregen werd dit geaccepteerd en de praktijk geëxcludeerd van het inventariserend deel van het onderzoek. Indien tijdens het telefonisch interview bleek dat twee praktijken samenwerkten en een gezamenlijk beleid voerden, werden zij als een entiteit beschouwd. Enkele verloskundige praktijken gaven aan de onderzoeksresultaten te willen lezen alvorens eventuele publicatie. De resultaten worden weergegeven in percentages.

Methode kwalititatief onderzoek
Populatie en steekproefgrootte
De populatie voor het kwalitatief deel van het onderzoek bestaat uit de verloskundigen die in het initiële telefonisch interview hebben toegezegd te willen meewerken aan ons vervolgonderzoek. Na een proefinterview volgen drie interviews met respondenten die waterbevallingen begeleiden en drie die dat bij voorkeur niet doen. Hiervoor is gekozen omdat zo in beeld gebracht kan worden welke bevorderende en belemmerende factoren van invloed kunnen zijn op de beslissing wel of niet een waterbevalling te begeleiden. Wanneer de respondenten telefonisch toegezegd hebben mee te willen werken wordt er kort informatie gegeven en wordt de afspraak bevestigd. Voorafgaand aan het interview wordt nogmaals kort informatie gegeven over het doel van het onderzoek. De interviews zijn op de desbetreffende praktijk afgenomen in oktober, november en december 2010.

Verzadiging
Gezien de beperkte onderzoeksgroep verwachten wij geen verzadiging te bereiken. Echter na analyse van de interviews blijkt dat voor het merendeel van de onderwerpen verzadiging is bereikt.

Dataverzameling
Na toestemming voor vastlegging van het interview wordt gebruik gemaakt van een geluidsrecorder. Het interview begint met de open vraag; “wat is uw ervaring met waterbevallingen?”. Terwijl interviewer 1 de topiclijst (zie bijlage 1) semigestructureerd volgt in het gesprek met de verloskundige, noteert interviewer 2 non-verbale informatie om deze later bij de dataverwerking te kunnen gebruiken. Na het afnemen van het interview wordt het verbatim uitgetypt door de interviewer die het bewuste gesprek leidde. Aan de platte tekst worden de notities van de non-verbale informatie toegevoegd. Na het uittypen van de interviews worden deze als membercheck opgestuurd naar de respondenten ter bevestiging van het gezegde.

Analyse
Het proefinterview is afgenomen bij een verloskundig specialist op het gebied van waterbevallingen. Dit interview is meteen na afname geanalyseerd en open gecodeerd om zo tot mogelijk nieuwe topics voor de volgende interviews te komen. Ook werd zo een indicatie verkregen van de duur van een interview. 
Tijdens de eerste stap van de analyse werden de interviews onafhankelijk open gecodeerd. Daarna werden de codes vergeleken en samengevoegd. Vervolgens werd er consensus bereikt over de thema’s.
Als tweede stap werd er axiaal gecodeerd om inzicht te krijgen in de relevante uitkomsten van de interviews. Tenslotte is er selectief gecodeerd om samenhang tussen de thema’s te vinden en antwoord te geven op de onderzoeksvraag.